Nu regeringen wereldwijd voor steeds complexere uitdagingen staan, is het daadwerkelijke gebruik van opkomende technologieën van cruciaal belang geworden voor het bevorderen van meer inclusieve, transparante en participatieve democratische processen. Uit deze studie blijkt het engagement van de OESO om meer kennis te vergaren over hoe innovatie-ecosystemen als katalysator kunnen werken voor de ontwikkeling en goedkeuring van technologieën die burgerparticipatie bevorderen.
Deze studie richt zich op Portugal, Spanje en Nederland en bevat een diepgaande beoordeling van de innovatie-ecosystemen van deze landen. Deze ecosystemen bestaan uit een netwerk van actoren — waaronder overheden, entiteiten uit de particuliere sector, de academische wereld en maatschappelijke organisaties — die samenwerken om te komen tot technologische oplossingen die gericht zijn op het bereiken van gemeenschappelijke doelen. In de context van deze studie draaien deze doelen om het geven van meer zeggenschap aan burgers en het verbeteren van participatief bestuur door middel van technologie.
Het belangrijkste doel van deze studie is om overheidsdiensten in staat te stellen meer inzicht te krijgen in innovatie-ecosystemen en de rol daarvan in het stimuleren van de ontwikkeling en het gebruik van opkomende technologieën om burgerparticipatie te verbeteren.
Tijdens het onderzoek wordt gebruikgemaakt van een systemische mapping-methode om de dynamiek, uitdagingen en kansen binnen deze ecosystemen te onderzoeken. Op die manier worden inzichten verkregen die beleidsmakers en belanghebbenden kunnen helpen om het ingewikkelde web van verbanden en interacties die innovatie in deze ruimte aandrijven beter te begrijpen. De bevindingen die hier worden gepresenteerd, dienen niet alleen als hulpmiddel voor overheidsinstanties, maar ook voor alle leden van het innovatie-ecosysteem, en bieden bruikbare aanbevelingen om gedeelde belemmeringen aan te pakken en kansen op verbetering te benutten.
Hoewel het innovatie-ecosysteem van elk land zijn eigen kenmerken heeft, wordt in het onderzoek de cruciale rol benadrukt van lokale overheden als aanjagers van vraag, experimenten en innovatie in alle drie de landen. Ook wordt het belang van nationale en internationale netwerken onderstreept voor het delen van kennis en het opschalen van initiatieven. Wel blijven er uitdagingen bestaan, zoals de behoefte aan strategische nationale sturing, de bevordering van digitale inclusie en de ontwikkeling van capaciteit in de publieke sector om participatieve technologieën op doeltreffende wijze te beheren. Deze studie biedt praktische aanbevelingen om deze uitdagingen het hoofd te bieden.
In deze studie wordt licht geworpen op de sterke en zwakke punten van deze innovatie-ecosystemen, waarmee overheden en belanghebbenden de middelen worden geboden om omgevingen te creëren waarin opkomende technologieën kunnen gedijen. Hiermee draagt de studie bij aan een gedeelde visie van meer inclusief, participatief en responsief bestuur in alle OESO-lidstaten en daarbuiten.
Deze studie maakt deel uit van het bredere werkprogramma van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) om innovatie in openbaar bestuur te ondersteunen.
Het werd door middel van een schriftelijke procedure door het Comité Overheidsbestuur van de OESO goedgekeurd en gederubriceerd op 16 januari 2025 en voorbereid voor publicatie door het secretariaat van de OESO.